|
||||||||
De Amerikaan, Michael Jerome Browne, multi-instrumentalist en singer-songwriter, die later naar Canada verhuisde, zal zich wellicht niet herinneren wanneer hij exact met muziek begon. Harmonica en gitaarspel maakte hij zich al op zeer jonge leeftijd eigen. Later voegde hij daar nog banjo en mandoline aan toe. Nog in zijn tienertijd trok hij als busker de straat op om later als one-man band rond te trekken, zowel in Amerika als in Europa. Muziek en poëzie kreeg Michael Jerome vanaf zijn kindertijd mee, dankzij zijn ouders die hem meenamen naar de blues- en folkclubs in Montréal. Meer had Michael niet nodig om zich een succesvolle weg in het muziekcircuit te banen, waarbij hij folk combineerde met blues en soul. Tot vier maal toe werd hij genomineerd voor een Juno Award in de roots- of bluescategorie. In dit album vertolkt hij naast eigen songs ook traditionals die teruggaan tot de pionierstijd toen Alan Lomax eropuit trok om veldopnames te maken. Zo vertolkt hij met zijn licht hese stem ‘Everybody Ought To Treat A Stranger Right’, een piëteitsvolle spiritual die vandaag nog steeds actueel is. Hierop zingt Eric Bibb mee, met wie hij meermaals toerde en op wiens ‘Migration Blues’ hij meespeelt. Ook op enkele andere songs nemen bevriende vocalisten de zangpartij over, zoals Harrison Kennedy op het gevoelvolle ‘Pharoah’ en het soulvolle ‘That’s The Way Love Is’, beide prachtsongs die Michael fris inkleurt. Michael doet waar hij een expert in is: oude bluesparels opdelven en deze de glans van het heden geven. ‘Remember When’, met de tekstlyriek van zijn levensgezellin Bee Markus dat recht uit het hart lijkt te komen, wordt nu een zangduet met Roxanne Potvin. Zelf begeleidt Michael Jerome zich met bluesharp en gitaar, soms fingerpickend en soms met aangrijpende invoelende slide. Afwisselend op zijn 6-string of 12-string gitaren doet Michael wonderen met Stevie Wonders funky ‘Skeletons’ en het ontroerende ‘Somebody Have Mercy’ van Sam Cooke, waarop hij met bluesharp begeleidt, alsof hijzelf ergens aan een busstation staat te wachten met een geblutste koffer aan zijn voeten. Zijn eigen weemoedige ‘Curtis’ Blues’ is evenzo een tijdloze compositie die herinnert aan de oude authentieke blues evenals ‘Where Is The Song?’ dat het beeld oproept van een slapeloze eenzaat die wacht tot de nacht wil wijken voor het licht. Het album, door Michael zelf geproducet, werd deels in Montréal en deels in Ontario opgenomen. M.J. Brown wou bewust bij de groove van de traditionele Delta blues aanhaken, zowel wanneer hij de klassieker ‘Black Nights’ vertolkt als bij het onverslijtbare ‘Louisiana’, cover van Randy Newman. Op enkele songs hoor je eveneens het drumwerk van John McColgan zodat dit album in al zijn soberheid toch afwisseling biedt. ‘Here I Am (Come And Take Me)’ heeft een licht jazzy toets en op ‘Skeletons’ suggereren de drumroffels dat er ergens twee muziekmaten op een plein staan te spelen om publiek te lokken. Dit negende album van de virtuoze bluesgitarist, tevens archivaris van oude Delta blues en bij uitbreiding ook Appalachian, country en Texas blues, bevat wederom een collectie van oud en nieuw, dat niettemin een eenheid vormt. Niet voor niets dat men de zanger/gitarist roemt omwille van zijn encyclopedische kennis van American roots muziek en dat hij in 2015 nog een ‘Canadian Folk Music Award’ in de categorie ‘Traditional Singer’ won. Ook dit album verdient een nominatie met hopelijk aansluitende overhandiging. Marcie “The American singer-songwriter and multi-instrumentalist Michael Jerome Browne moved to Montreal, Canada from where he explored his musical career, starting as a busker and moving on to a solo career as performer of folk music, fueled with elements of blues and soul. On his latest record ’That’s Where It’s At!’ he is covering ancient blues pearls and revitalizes classics from a.o. Stevie Wonder and Sam Cooke, complemented by a few own new compositions. With this album he may candidate for an award in the category ‘Canadian Folk Music’.” - www.rootstime.be |
||||||||
|
||||||||